Auteursrecht verder geharmoniseerd: HvJ EU 24 okt 2024, IEF 22319; ECLI:EU:C:2024:914 (Kwantum BV tegen Vitra Collections AG),

Geen categorie

Het arrest van het Hof van Justitie van de Europese Unie (HvJ EU) in de zaak Kwantum/Vitra betrof een prejudiciële vraag of de materiele-reciprociteitstoets in de weg staat een ontwerp dat in het land van herkomst geen auteursrechtelijke bescherming geniet, toch binnen de EU te beschermen op basis van het auteursrecht als het ontwerp hiervoor volgens Europese regelgeving aan deze voorwaarden voldoet.

De uitspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie (HvJ) betekende een cruciale overwinning voor Vitra in haar inspanningen om het auteursrecht op de door het wereldberoemde ontwerpersechtpaar Charles en Ray Eames ontworpen iconische DSW-stoel (Dining Side Chair Wood) te beschermen. De rechtszaak ontstond toen Vitra, een Zwitserse producent van hoogwaardige designmeubelen, juridische stappen ondernam tegen de Nederlandse meubelketen Kwantum. Vitra beschuldigde Kwantum ervan de ‘Paris’-stoel te verkopen, een ontwerp dat volgens haar inbreuk maakt op het auteursrechtelijk beschermde Eames-ontwerp.

Aanvankelijk verloor Vitra de zaak bij de rechtbank Den Haag, maar in hoger beroep oordeelde het Hof dat Kwantum alsnog aansprakelijk was voor auteursrechtinbreuk. De Hoge Raad besloot vervolgens prejudiciële vragen te stellen aan het Hof van Justitie van de Europese Unie (HvJEU). De centrale vraag was of de wederkerigheidsclausule (reciprociteitstoets) van de Berner Conventie, zoals vastgelegd in artikel 2(7), toegepast kon worden op werken van toegepaste kunst, zoals de DSW-stoel, die afkomstig was uit een derde-land (in dit geval de VS). Deze toets beperkt doorgaans de bescherming van auteursrechten tot de regels die gelden in het land van herkomst van het werk.

Het HvJEU oordeelde echter dat de wederkerigheidsclausule niet van toepassing is binnen de Europese Unie. Het Hof stelde dat de auteursrechtelijke harmonisatie, zoals vastgelegd in de InfoSoc-richtlijn, geen onderscheid maakt op basis van de herkomst van een werk of de nationaliteit van de maker. Het doel van de richtlijn is het creëren van een uniforme interne markt voor auteursrechten, en het toestaan van de wederkerigheidsclausule zou dat doel ondermijnen. Door een consistente aanpak te hanteren, wordt voorkomen dat werken van buiten de EU, zoals de DSW-stoel, in verschillende lidstaten anders behandeld worden.

De uitspraak heeft belangrijke gevolgen voor de bescherming van toegepaste kunst binnen de EU. Terwijl landen zoals de Verenigde Staten en Japan vaak strengere of afwijkende eisen hanteren voor auteursrechtelijke bescherming van toegepaste kunst, genieten dergelijke werken binnen de EU nu automatische bescherming, zolang ze voldoen aan de Europese criteria voor auteursrecht.

Met deze beslissing bevestigde het Hof van Justitie dat Vitra het recht had om op te treden tegen Kwantum en dat de ‘Paris’-stoel van Kwantum inbreuk maakt op het auteursrecht van Vitra. Deze uitspraak is niet alleen een overwinning voor Vitra, maar biedt ook belangrijke rechtszekerheid voor andere producenten en ontwerpers binnen de EU die werken van niet-EU-oorsprong exploiteren.